Piraten Pientere Peuters

Piraten Pienter peuters

Piraten

Die ochtend op de fiets vroeg ik mezelf af, ‘zouden er ook vrouwen piraat zijn geweest?’ Deze vraag werd met een overtuigende ja beantwoord toen Louise in vol ornaat als meisjespiraat voor me stond. Te gek, hoe ze stond te stralen met haar grote blauwe ogen vanonder de grote piratenhoed met enorm lange haren eronder vandaan.

Jade had haar boek van Peter Pan en kapitein Haak mee waar ook een krokodil in voor kwam. En dat kwam heel goed uit want Alexander had een krokodillen (draken) jasje aan en zo kon het verhaal later door de kinderen worden nagespeeld. We lazen over de piraten, wat ze deden, hoe zij zich kleedden en wat ze tijdens hun zeereizen deden. Dat was lang niet altijd even netjes en goed. Ze pakten allemaal spullen af van andere schepen, dat kon zijn goudstukken en sieraden maar vaak ook allerlei andere spullen en eten. ‘Het waren geen lieve mensen’, concludeerde Alexander daarop. Nee inderdaad, ze vochten vaak, gingen maar zelden in bad en hadden vaak vieze kleren aan.

Nu wilde het toeval dat hier in onze zaal net een piraat was langs geweest. Hij had flessenpost gekregen van een vriend en deze fles met schatkaart hier ergens verstopt. Hij vroeg ons hem te helpen met zoeken. De kinderen zochten in alle gaten en hoeken, in manden en achter de gordijnen en ja hoor daar vonden ze de fles. De kinderen vonden het spannend en verwachtingsvol trokken ze de kaart uit de fles. Ja, en nu op zoek naar het schip, het pad, de opdrachten die uitgevoerd moesten worden en kijken of we ook een echte schat konden vinden.

We gingen eerst woorden bedenken die ook beginnen met de letter P van piraat, papa, patat, poep (hihi), praat, plas (nogmaals hihi) en pindakaas. Toen kropen we een paar maal door de tunnel die zogenaamd in de rotsen was uitgehakt. We probeerden te onthouden wat er onder de doek lag en zo konden opmerken wat er verdwenen was. Nadat we alle opdrachten hadden uitgevoerd vonden we de schatkist met stenen, schelpen en stukjes koraal.

Maar we vonden nog iets. Het was een doosje met halve doppen van walnoten en bijenwas. ‘Wat is dat nu?’, vroeg Stan zich af. Daarvan kunnen we zelf een klein piraten zeilschip maken. En daarna natuurlijk testen of deze ook zou blijven drijven. Rustig te water laten en dan lekker laten dobberen. We sloten af met het verhaal van Woeste Willem en Frank.

namen zijn fictief