Sint Maarten Pientere Peuters

Sint Maarten Pientere Peuters

Sint Maarten

Ik zie Louise, nadat ik een verhaal over Sint Maarten heb verteld, met de popjes op het seizoentafeltje spelen en het verhaal naspelen. Het paard rijdt voorbij de bedelaar, Sint Maarten stapt af en neemt zijn, van sateprikkers gemaakte, zwaard uit zijn riem en snijdt zijn mantel doormidden. De kinderen hadden ademloos naar het verhaal geluisterd en lijken na afloop weer verder te gaan tot de orde van de dag. Maar nu kon ik het ook echt zien dat dat dus niet het geval is. Ze stak het piepkleine zwaardje weer terug in de riem van Sint Maarten en hij galoppeerde weer op zijn paard door de poort verder.

De kinderen bouwden een kasteel, verbouwden het en herbouwden het daarna nog een aantal keer. Deze ridder mocht er wel in, ook de bedelaar mocht naar binnen maar de prinses mocht wel even buiten wachten vond Sara. We oefenden een aantal Sint Maarten liedjes en de kinderen wilden heel graag weer een parcourtje lopen. Of liever gezegd klimmen. Alexander ‘verveelde’ zich en begon te springen waardoor hij mij op een idee bracht. Ik plakte met tape een grote paddenstoel op de vloer. ‘Wel met stippen’, zei Sara. De stippen werden ook geplakt waarna Alexander prompt al vanzelf van de ene stip naar de andere sprong. Daarbij telde hij hoeveel sprongen hij al gemaakt had. Of ik ook de nummers kon plakken vroeg hij mij. Ik plakte er lustig op los, het ene cijfer iets duidelijker dan de ander maar de kinderen konden de meeste lezen. Na de 11 was het even goed kijken en puzzelen. ‘1 en de 2 = 12 samen’, opperde Louise waarna de 13-14 en 15 ook vrij makkelijk te ‘lezen’ waren. Met z’n allen sprongen ze als kikkers achter elkaar aan over de stippen. Soms even inhalen en dan van de ander te horen krijgen dat dat toch echt niet mag. Bij 1 sprong je in de paddenstoel en bij 15 sprong je uit de paddenstoel. Sara stond het eerst vanaf de zijlijn te bekijken maar kon toch niet achterblijven en ook zij sprong als een kikker op alle stippen.

‘Nu heb ik wel hele honger gekregen’, zei Alexander waarop de anderen instemmend knikten. Tijdens de pauze zitten we aan tafel waar we later ook altijd de creatieve dingen doen. Er stonden nu al lege jampotjes op tafel en gekleurde papiertjes en lijm. Er lagen ook waxinelichtjes en de kinderen begrepen al snel dat we een windlichtje zouden maken. Ze vertelden over Sint Maarten lopen, dat je dan een lampion hebt met een lichtje erin en dat je langs de deuren gaat zingen en een snoepje krijgt. Het leek Alexander niet zo’n goed idee als hij met mijn lichtje, hij wees op het waxinelichtje, buiten zou lopen. ‘Die wordt meteen uitgeblazen door de wind’, vertelde hij.

Grappig en mooi tegelijk om te zien hoe de kinderen omgaan met het maken van een lichtje. Louise haar wangen kleuren zienderogen rood terwijl zij heel geconcentreerd haar plakkertjes op het potje plakt. Sara vergeet soms haar potje eerst in te lijmen en vraagt zich dan verbaasd af hoe het kan dat de papiertjes niet blijven plakken. Haar grote bruine ogen kijken mij dan wat verbaasd en verwijtend aan. Maar gelukkig helpen Louise en ook Alexander haar dan door te vragen of ze wel lijm heeft geplakt. ‘Oja, vergeten’. Alexander plakt wel overwogen zijn met zorg uitgekozen papiertjes op en zegt, wanneer hij klaar is, ‘zo, dat heb ik weer mooi gedaan!’ De kinderen lijmen nog even door en dan is het alweer tijd. Maar eerst moeten de windlichtjes nog getest worden in het tentje. Wel met neplichtjes nog, allemaal in het tentje, lichtjes erbij en een vreugdevol gejoel komt er uit de tent. Het is blijkbaar zeer goed gelukt!

Namen zijn fictief.