Eskimo’s of Inuit Pientere Peuters

Eskimo’s, wie of wat zijn dat eigenlijk?  Niemand wist het antwoord. We bogen ons over allerlei foto’s van iglo’s tot een hut gemaakt van allerlei huiden, en van kleding gemaakt van bont tot kajak. We zagen zeehonden, orka’s, walrussen, ijsberen en nog veel meer maar wat was nou toch een Eskimo? Alexander pakte de foto met de mensen gekleed in bont en eskimo 1keek er even aandachtig naar.  ‘Deze?’, zei hij vragend. De Eskimo wordt ook wel Inuit genoemd. De kinderen vonden dit wel een grappige naam.  We vroegen ons af waar ze woonden, wat ze zouden eten en of ze ook een fiets zouden hebben. We lagen met z’n vieren op de schapenvachten, lekker warm, alle foto’s aandachtig te bestuderen. Ik wees op een foto met een jongen die 2 grote vissen in zijn handen hield. ‘Dat eten ze’, riep Alexander opgetogen.

De iglo was fascinerend om te zien. ‘Een zwart gat’, zei Louise, ‘wijzend op de ingang’. ‘Maar je kunt er wel in’, zei Jade. We vroegen ons af of het daarbinnen wel warm zou zijn waarop ze alle drie spontaan tegen elkaar aan schoven op de wollen vachten.

‘We willen samen een hut bouwen, een soort iglo’, zeiden Jade en Louise vlak daarna. Maar hoe gaan we dat doen was de vraag. Ik pakte een schildersezel en een keukentrap, we hadden wat doeken en daar ontstond de hut. Maar er was nog iets spannends om te 20170215_102427 (3)doen. De trap op klimmen. Oei, dat was niet helemaal ingecalculeerd. 1 Voor 1 klommen ze de ladder op en af. De20170215_110320 (2) een voorzichtig en behoedzaam, de ander trefzeker steeds een treetje hoger. De onbevangenheid en het geloof in zichzelf dat ze dit kunnen is prachtig om waar te nemen.

Alexander had de platen met de ijsberen gevonden en wilde graag weten wat we daarmee konden doen. Er stonden kleine opdrachten op. Lopen als een ijsbeer, springen als een ijsbeer, tegelijk naast elkaar springen, achteruit lopen, op 1 been staan, hinkelen. Mooie oefeningen om je evenwicht te  oefenen, maar ook om te centreren en je te oriënteren in de ruimte.

Hoe je je kunt vergissen in ‘gewone’ dingen kwam mooi naar voren toen Jade onder mijn tunneltje door kroop. Ik verwachtte haar tussen benen en armen door te zien kruipen maar ze ging eerst tussen beide armen door (onder mijn hoofd) en daarna tussen de benen door. Ook Alexander en Louise stonden gefascineerd toe te kijken en besloten dat zij dat ook konden. Toen ze dit bij elkaar wilden uitproberen bleek het poortje een beetje krap en rolden ze over elkaar heen over de matjes.

Aan tafel met wat drinken en een stuk fruit bedacht Jade al plannetjes om ons straks op de thee te vragen in de hut. Ze was als eerste klaar en even later riep ze ons vriendelijk doch dringend vooral op visite te komen. Maar wat bleek, ik paste niet door de voordeur. ‘Ik heb ook een achterdeur hoor’, zei Jade waarop Alexander en Louise door de voordeur en ik door de achterdeur naar binnen gingen. En toen was het wel heel erg vol in de hut. De thee werd snel op gedronken en de koek gauw op gesmikkeld. Het was tijd voor ons knutselwerkje. De kinderen waren erg nieuwsgierig naar wat ik had meegebracht. Zakjes met een rietje erin vast gestoken met in het zakje allemaal kleine witte balletjes. Ze mochten een mooie tekening maken zodat we deze als decor in het zakje konden zetten want de witte balletjes stelden de sneeuw voor en door het rietje kon je het binnen in het zakje laten sneeuwen of zelfs sneeuwstormen. Alle ogen keken opgetogen op t20170215_111201 (2)oen ik het voordeed en ze wilden meteen ook allemaal blazen. Dat bleek voor een enkeling, door het enthousiasme, toch soms nog een beetje lastig. En waarom sneeuwde het niet bij hem? ‘Je moet zo blazen’, zei Louise, ‘in het rietje’. Hoe lief ze elkaar aanwijzingen geven en helpen vind ik bijzonder om te zien.

 

Bij het spel wat we als afsluiting deden werd er vooral goed opgelet dat er ook hetzelfde aantal stappen op het spelbord werden gezet als dat er ogen op de dobbelsteen werden ge20170215_110723 (2)teld. Mag je wel over iemand heen stappen en wat als er al iemand op mijn plekje staat? We hebben het samen opgelost en heel veel vissen gevangen voor de zeehond en haar jong. ‘Gelukkig, dan ga ik ook zo eten!’, was de slotzin van Jade. We gaven elkaar een hand, waarbij ik steevast door Jade wordt gevraagd ook te gaan staan i.p.v. op mijn knieën te blijven zitten en we wensten elkaar een fijne vakantie, tot 1 maart.