All posts by yvonnerozemeijer

Het Oude Egypte

het oude Egypte

Het oude Egypte

‘We hebben het vandaag over Egypte hè, juf?’, vraagt 1 van de kinderen bij binnenkomst.
‘Eh, ja en nee’, antwoord ik. Er wordt duidelijk gefronst met de wenkbrauwen en verschillende huh’s ondersteunen de gezichtsuitdrukking. ‘We hebben het over het oude Egypte’, vult Elsa aan. En dat is inderdaad helemaal juist. Deze nuancering van woorden komt tijdens de bijeenkomst vaker naar voren. Zo heb je slangen maar ook gifslangen en driehoekige piramide maar ook knikpiramides. Het zit ‘m soms in de nuancering maar ook in de toon of het volume waarop je iets vertelt.

We begonnen met een woordspin. Verschillende kinderen wisten wat dat was en Elsa en Ilse konden redelijk goed verwoorden hoe dat werkt. Het oude Egypte in het midden met een cirkel erom en dan allerlei dingen bedenken die daarmee te maken hebben met een stokje en ballonnetje eromheen. Hiërogliefen, oase, schorpioen, farao, mummies, goden, sfinx etc. Sommige onderwerpen werden nog even uitgebreid uitgediept, letterlijk en figuurlijk. Zoals de mummie die helemaal ontdaan werd van alle organen. De hersenen werden met een soort van haaknaald, door de neusgaten getrokken. En het lichaam moest een paar dagen rusten zodat het helemaal droog werd. En oja, het hart bleef wel in het lichaam want dat had de dode nodig op zijn reis in het hiernamaals. Verschillende kinderen hadden een boek mee waarin ook veel te vinden was en de meisjes in de tweede groep noemde Cleopatra op. Dat scheen de mooiste vrouw van de wereld te zijn geweest. De vraag of dat klopte of dat zij misschien wel de rijkste vrouw was en daarmee haar ‘titel’ afdwong was een klein discussiepunt. Ze was in ieder geval een Egyptische koningin in het Oude Egypte.

Geconcentreerd en heel serieus begonnen de kinderen aan het bouwen van hun eigen piramide. De kinderen kregen al snel door dat het materiaal niet heel stevig was en hoe ga je daarmee om? Tijn heeft het even moeilijk als het niet zo gaat als hij in gedachte had en dat de stokjes niet goed in de playmais blijven zitten. Toch houdt hij vol net als Elsa die even tijd nodig had om te beginnen. Ze vroeg een aantal maal of ze niet iets anders mocht maken maar dat kon pas als je een piramide had gemaakt. Thomas had al snel in de gate, of wist eigenlijk al, hoe je een piramide goed kan opbouwen. Eerst een kleine piramide van 5 stukjes playmais en 8 stokjes. ‘Zo dat is alvast het dak’, zegt hij. Dan hier nog 4 van maken, aan elkaar verbinden en het dak er bovenop zetten. Thuis ging hij er nog even lekker mee door. Ook Ben werkte stilletjes door en genoot volop van het moment toen het gelukt was. Z’n ogen straalden en vol trots liet hij het resultaat zien. Wat echter vervelend was, was dat de bouwwerken ook weer snel uit elkaar vielen. En misschien is dat nog wel de grootste uitdaging. Dat het bij de bouwwerken die je maakt, wat het dan ook is, uiteindelijk niet altijd om het resultaat gaat maar om het proces tot dat doel. Dat je bemerkt dat je geconcentreerd hebt gewerkt, of juist heel erg moest doorzetten, dat je geduld opraakte of dat je een heel blij gevoel kreeg toen het gelukt was. En als laatste dat je ontdekt dat er verschillende manieren zijn om tot hetzelfde eindresultaat te komen. De kinderen ontdekten ook hoe moeilijk het voor de Egyptenaren moet zijn geweest om zo’n piramide van steen te bouwen. Of deden ze dat met zand?

Bianca zat er als luisterende stille kracht tussen en moedigde de kinderen aan door te zetten en vol te houden. Er worden leuke grapjes gemaakt tussendoor en wanneer Tijn wat geïrriteerd raakt en wij roepen, ‘van proberen kun je leren’, komt hij met de stelling, ‘van proberen komen beren’. We waren even helemaal beduusd en barstten toen in lachen uit. Demi beaamde de uitspraak van Tijn maar zette toch ook door met het bouwen en uiteindelijk had ze bij haar constructie ook een creatieve oplossing bedacht om de boel op zijn plek te houden. Timo had soms wat moeite als het toch weer een beetje in elkaar stortte maar ging door en uiteindelijk had hij een prachtige piramide staan. De driehoekige vlakken liepen niet recht naar boven maar hij had het ‘dakje’, de bovenste piramide een kwartslag gedraaid waardoor hij gewoon een nieuwe piramidevorm had geconstrueerd.

Na de pauze was het tijd om het schrift van de Oude Egyptenaren te ontcijferen. ‘Waarom ze dit zo moeilijk hadden gemaakt?’, werd er in de tweede groep gevraagd. Voor hen was het blijkbaar gesneden koek want ze vulden vele wanden van de piramides met deze tekens.

Het was in de tweede groep goed te merken dat er voor de pauze hard gewerkt was aan het maken van de piramides. Vivian wilde verschillende keren de handdoek in de ring gooien maar zette ontzettend goed door ondanks dat de stokjes maar uit de playmais bleven vallen. Het leek wel of Petra wat vaker met het materiaal had geoefend want in redelijke stilte had zij binnen no time haar piramide staan. Ze keek erbij alsof ze wilde zeggen, ‘dat is toch niet zo heel moeilijk’. Ilse worstelde behoorlijk met de stokjes en de playmais stukjes en besloot, nadat ze wel een kleine piramide had gebouwd, om het op een andere manier te proberen.

En dat is misschien nu juist ook een mooi moment waarop wij ons kunnen afvragen of we ons aan de gestelde opdracht houden of dat je ook je eigen invulling mag geven aan de opdracht. Voor nu was het in ieder geval een piramide (ik had niet gezegd groot of klein) en sommigen gingen inderdaad verder met een eigen constructie zoals Ilse mooi deed. Playmais plakt nl. ook heel goed met water aan elkaar!

Tijdens de pauze werd er flink met de piramide en de tombe van Playmobil gespeeld en sommigen renden even fanatiek door de zaal. Er moest duidelijk even stoom afgeblazen worden. De kinderen luisterden tijdens het woordspinnen heel goed naar elkaar en konden de beurt goed afgeven of innemen. Job lijkt in het begin wat te haperen bij het antwoord geven maar wanneer hij bemerkt dat er geluisterd wordt, wordt hij zichtbaar zekerder en praat dan gelijk wat duidelijker. Eva weet haar antwoorden duidelijk te formuleren en vangt daarmee ieders aandacht waarop zij ook weer goed reageert en er interactie komt. Bas heeft verschillende weetjes uit zijn boek opgevist en ook Guus snuffelt in zijn boek naar wetenswaardigheden. Bijvoorbeeld dat je giftige schorpioenen in Egypte hebt en dat de Nijl heel belangrijk was voor de Egyptenaren.

Johannes heeft veel plezier, vertelt grapjes, komt ook in het doen wanneer wij hem aansporen maar heeft vooral veel verbeeldingskracht en kan dit ook beeldend vertellen waardoor de kinderen erg moeten lachen. Soms wordt het wat te veel. Bijvoorbeeld als je naast hem zit en zelf heel rustig en geconcentreerd je naam in de kleitablet probeert te tekenen. Johannes gaat even ergens anders zitten en zegt met een brede lach, ‘ik ben een experimentele man’! Zo, dat leek mij een mooie afsluiter.

Namen zijn fictief

Jungle en jungledieren

jungle, jungledieren

Jungle & jungledieren

Jungle, jungledieren, oerwoud, regenwoud, hakmessen, bijzondere eigenschappen. Met een gemengd gevoel begon ik deze oerwoud, jungle bijeenkomst. Ik had er veel zin in maar voelde toch ook een soort van weemoed naar de afgelopen vakantie. Even niets meer moeten en je een beetje verstoppen met je boek op de bank. Maar ik ben dankbaar en blij dat het zulke fijne en vruchtbare bijeenkomsten waren. Beide groepen kinderen waren weer enthousiast als altijd en kunnen vaak niet wachten tot we gaan beginnen, ook al zijn we allang begonnen trouwens.

jungle, jungledieren

Elsa laat weten dat ze toch het liefst lekker creatief aan de slag gaat en wil dan ook weten wat we gaan doen ook al liggen wasco, verf, penselen en papier pontificaal op tafel.

We begonnen eerst met het ontrafelen van wat een oerwoud nu eigenlijk precies is. En wat is dan een jungle, hebben wij die in Nederland, en welke planten en bomen komen erin voor? Welke dieren leven er en welke speciale eigenschappen hebben deze dieren om te kunnen overleven in de jungle? De kinderen kregen dilemma’s voor geschoteld waarna zij in tweetallen m.b.v. de Freek Vonk dierenkaartjes konden bedenken hoe ze deze dilemma’s zouden kunnen overwinnen of oplossen.

Job legde ons uit wat een dilemma eigenlijk is, dat is dat je niet kunt kiezen tussen het een of het ander omdat aan beide een nadeel kleeft. Het was direct duidelijk voor de kinderen. Dat was dus niet de vraag concludeerden we met zijn allen. Nee, je moest gewoon een probleem oplossen en kiezen welke eigenschappen van welk dier je daarbij zou kunnen gebruiken. De oplossingen waren divers en inventief. Je laat de uil gewoon in de staart van de tijger pikken zodat jij zelf ongestoord langs de tijger kunt wandelen, hadden Bas en Vivian bedacht. Je kunt ook een slang in je oren stoppen om het gebrul van de brulapen niet meer te hoeven horen, bedacht Tijn. Daarvoor kun je ook gewoon met je hoofd onder water gaan, dan hoor je het ook veel minder, opperde Titus.

Wist je trouwens dat je slangen ook als touw kunt gebruiken? Mits je natuurlijk had vastgesteld dat het geen gifslang zou zijn vertelden Guus en Mark. Ze bedachten ook samen met Job dat je gewoon een andere aap zou moeten inschakelen om de brulapen te laten stoppen met schreeuwen. En wanneer je het spoor bijster bent dan zoek je gewoon een dier met een goed reukvermogen in de jungle en zo kan die jouw spoor naar huis weer voor je vinden. Elsa en Demi hadden wel een heel interessante oplossing gevonden om de brulapen te laten stoppen met brullen. ‘We laten gewoon vleermuizen met hun vleugels langs de gezichten van de apen kietelen, dan stoppen ze vanzelf’, zeiden de meisjes vol overtuiging. Timo en Ben wisten zeker dat de slang hen uitkomst kon bieden om te kijken wie er in de holle boom verstopt zat en zij zouden een krokodil inzetten om de tijger weg te jagen, die kan hem wel aan.

Na de pauze begonnen de meeste kinderen vol ideeën en combinaties aan hun eigen jungledier. Interessant om eens te kijken welke eigenschappen deze dieren hebben en wat het kind hiervan zelf zou willen of kunnen ontwikkelen. Tijn had een pracht van een dier gemaakt die zelfs broccoli op zijn hoofd had groeien. Mooi om te zien dat Tijn langzaamaan steeds meer zelfvertrouwen ontwikkelt bij de creatieve opdrachten. Hij wordt steeds vrijer en minder gefixeerd op het uiteindelijke resultaat maar beleefd steeds meer plezier aan het proces van nieuwe dingen scheppen. En niet alleen Tijn geniet daarvan, ook Timo had plezier ondanks dat hij niet echt enthousiast was over zijn creatie. Hij zette echter door met zijn gouden uil. Misschien nog niet helemaal zoals hij het op zijn netvlies had bedacht maar er was een begin. Wel een beetje groot vel, concludeerde hij nog na afloop. Hij viel ook nog van zijn stoel, liet zich troosten en ging weer verder nadat hij een slok water had gedronken.

Elsa maakte een combinatie van sidderaal met giraf en vinnen om mee te kunnen zwemmen. Titus had een kruising tussen een aap en vogel zodat zijn dier goed zou kunnen vliegen en klimmen en het had bovendien heel goede oren. Ben zat te genieten op zijn plek terwijl zijn handen aan een stuk door tekenden en zijn tekening afrondde met schilderen.

Iedereen bedacht uiteindelijk zijn eigen unieke jungledier met zijn bijzondere eigenschappen. Van vossestaart-ocelotpoten-en-nevelpanterlijf naar ocelotlijf-rodepanda poten-ogen van een slang in de staart-met wolfkop, tot langstaart-mierenetersnuit. En gewoon al je lievelingsdieren bij elkaar genomen. De ideeën stroomden over tafel en de dieren verschenen allemaal echt op papier.

Job begon met de unicorn regenboog, draaide zijn vel om en begon weer opnieuw. En Vivian had moeite om te starten met haar eigen dier. ‘Ik kan het niet, ik weet niets’, zei ze keer op keer. ‘Je moet nu toch echt beginnen’, spoorde ik haar aan en daagde haar uit. ‘Je kunt vast een cirkel tekenen?’. Ja dat lukte, nog 1 en als vanzelf verschenen er oren en de rest. Soms moet je gewoon maar ergens beginnen en stroomt de rest ‘vanzelf’ uit je penseel. En nee, lang niet met het resultaat dat voor ogen stond maar ook dit is de realiteit, net als dat je zojuist nog uitbundig hebt gelachen om de grapjes van de anderen. 

Namen zijn fictief.

jungle, jungledieren jungle, jungledieren

Kerst en een beetje winter Pientere Peuters

Kerst en een beetje winter Pientere Peuters

Vorige week hadden we het over de winter. Welke dieren krijgen een dikke warme vacht en kunnen de winter buiten doorbrengen? En welke dieren gaan naar de stal waar het droog en warm is zodat ze het niet te koud krijgen. Deze week was het kerst en een klein beetje winter. De wollen schaapjes, waar de kinderen vorige week zo heerlijk aan gewerkt hadden, waren nu af. Een paar steekjes om de kop op de romp te zetten en een gezichtje te maken. Nog twee knipjes aan de zijkanten van de kop en voilà daar waren de oren ook gelijk!

Tijdens de laatste bijeenkomst van dit jaar was het al een klein beetje kerst in de zaal. De schaapjes lagen op een tapijtje van wol en we maakten zelf onze eigen kerstboom. Verhalen lezen, kerstboom springen en het kasteel van Maria en Jozef werd in elkaar gezet. Vol aandacht luisterden de kinderen naar het verhaal van Eva en haar kerstboom.

Bij het springen op de kerstboom deden we dat natuurlijk niet op een echte boom maar op een boom die ik op de grond had geplakt. Keurend stonden Sara en Alexander te kijken hoe ik de ’takken’ aan de andere kant op de grond vast plakte en daarna de cijfers erin plakte. ‘Ze mogen best een beetje scheef hoor’, verzekerde Sara mij. Ondertussen liep Mila voorzichtig over de randjes van de boom heen. Daarna werd er volop gesprongen, 1 been proberend, 2 benen tegelijk, met een grote sprong en uiteindelijk kruipend. Wat Alexander nu zo leuk vond was dat de cijfers niet achtereen volgend waren maar door elkaar heen. ‘Nu moeten we echt heel hard zoeken hoor’, zei hij met een ernstig gezicht. Het lukte hem aardig maar het springen achter elkaar aan en daarna als haaien over de grond schuiven was ook even heerlijk om te kunnen doen.

Alexander had voor iedereen een traktatie mee. Hij vroeg mij of ik wel wist wat een traktatie was. ‘Dat je iets meeneemt’, verzekerde hij mij. ‘Dat je het geeft aan iemand’, vulde Sara aan. Mila stapte spontaan van haar stoel en deelde haar eigen koekjes met Alexander en Sara. ‘Ja, nu krijg ik ook een traktatie’, glunderde Alexander. Wat een prachtig woord eigenlijk Traktatie. Het heeft een verwachtingsvolle klank en laat je nieuwsgierig zijn naar datgene wat je zult ontvangen. Een mooie kerstgedachte zo tijdens deze laatste bijeenkomst van dit jaar.

Tot slot maakten we nog onze eigen nep kerstboom. Ja, dat moest echt wel even gezegd worden. ‘Dit is een dennenappel juf’, vertrouwde Alexander mij toe en ook Sara leek wat verward door mijn aanduiding van kerstboom voor datgene wat ze in haar hand hield. ‘Maar dit lijkt wel een kerstboom hoor’, probeerde Mila mij te helpen. Ik liet hen een voorbeeld zien waarbij de dennenappel versierd was met stukjes gekleurde bijenwas. ‘Gaan we nu beginnen juf?’ Eerst de stukjes was in de handen opwarmen, dan worden ze vanzelf zacht en kun je ze heel goed plakken. Zo leuk om te zien dat de kinderen zo verwonderd kunnen raken door hun eigen creaties. Helemaal toen de schaapjes tussen de kerstbomen gingen liggen en ze daar, tot de mama’s kwamen, heerlijk lagen te pronken!

Iedereen hele fijne Kerstdagen en een bijzonder prachtig en gezond 2018 gewenst.

Namen zijn fictief

Zeedieren Knappe Koppies

zeedieren knappe koppies

Zeedieren

We bekeken de gekste en meest interessante zeedieren van de zee. De blobvis die er met zijn merkwaardige lijf als een uitgezakte plumpudding uitziet. De ontzagwekkende sidderaal die in staat is om met 1 elektrastoot 40 tot 50 auto’s te laten starten. We bewonderden de mooie koraalduivel die al zijn sierlijke vinnen laat wapperen in het water maar pas op want hij heeft een gevaarlijke angel waar hij mee kan steken. En met ontzag keken we naar de reuzenmanta die als een vogel door de lucht vliegt maar dan in het water. Julian vertelde vol ontzag over de zeedieren die hij had gezien toen hij nog in een warm land woonde.

De kinderen kenden aardig wat van de verschillende vreemdsoortige zeedieren. Er ontstond hilariteit toen ze er 1 mochten uitbeelden zonder woorden te gebruiken. Ze moesten ook uitbeelden wat voor bijzonders dit dier kon. Soms was het direct duidelijk en soms hadden de kinderen een kleine hint nodig.

Soms loopt het ook niet helemaal goed met de samenwerking. Dan duwt iemand je opzij, of denk je dat iemand je een klap geeft en ja wie begon er nu eigenlijk. Tijn en Titus hadden even een aanvaring met elkaar en dan is het voor juf heel lastig om te achterhalen wie er begon en waarom. Maar misschien is dat ook helemaal niet de essentie van het verhaal. Heeft er iemand soms gewoon even behoefte aan een fysieke uitdaging maar is het daarbij wel fijn dat je de ander eerst even vraagt. De jongens konden allebei heel goed voor hun eigen belangen opkomen, vonden het best lastig om in de emotie naar me te luisteren maar slaagden daar allebei heel goed in. Ik kon ze zien en ze ieder hun verhaal laten vertellen zonder tussenkomst van de ander. Bevestigde hen in hun verhaal en liet weten dat dit voor allebei een waarheid is. Prijs ze dat ze naar elkaar hebben kunnen luisteren en spreek met ze af dat ze elkaar nu even met rust laten. Wanneer 1 van twee even wil stoeien dan vraag je dat aan diegene zodat er geen misverstanden kunnen ontstaan.

Mooi om te zien dat de jongens, tijdens het maken van hun onderwaterhuis, elkaar hielpen met ideeen en het aanreiken van materiaal. Thomas liep enthousiast van de materiaal doos naar de tafel om van alles uit te proberen. Demi en Elsa werkten naast elkaar goed door om hun woning op tijd af te krijgen met alle onderdelen die gevraagd werden. De meisjes verzuchtten beiden dat dat wel een hele klus was. ‘Ik kan niet alles onthouden hoor’, opperde Elsa. ‘Als ik het ene heb gedaan dan ben ik het andere alweer vergeten’, vulde Demi haar aan.

En daar stond ook al de hele tijd een emmer met water in de zaal. Oja, we wilden nog graag weten hoe het komt dat de haai, die toch best heel erg zwaar is, in staat is zo snel door het water te zwemmen. Zijn geraamte bestaat uit kraakbeen i.p.v. uit botten, door zijn vinnen maar ook door zijn lever… Deze beslaat maar liefst 1 derde deel van zijn lichaamsgewicht en bestaat voornamelijk uit een olieachtige stof. Maar wat heeft dat nu met de snelheid van de haai te maken? Dat ontdekten we m.b.v. de emmer en gevulde ballonnen. Er gebeurde nl. iets met de helft van de ballonnen toen ze het water ingleden!

We bouwen de laatste weken bewust tijd in om het gemaakte werk na te bespreken. Vandaag kwam vooral in de tweede groep naar voren hoe je van idee naar uitwerking gaat. Maar, dat tijdens het in elkaar zetten je dingen tegenkomt waar je van tevoren geen rekening mee had gehouden. Dat je dus tijdens het construeren ook kunt veranderen of soms zelfs opnieuw kunt beginnen. Ilse en Petra bouwden samen aan een onderwaterwoning waarbij ze een hok voor de sidderaal hadden gebouwd zodat ze via hem de woning van elektra konden voorzien. Ook Vivian en Eva waren op dat idee gekomen. We vroegen ons wel af of de sidderaal in gevangenschap zou kunnen leven en of hij dan ook nog elektriciteit zou afgeven. Bas had ook een constructie bedacht waarbij het ‘dak’ van de woning losgekoppeld kon worden van het onderste gedeelte zodat je veilig zou zijn als daar bijvoorbeeld een lek in zou komen. En hij had ook heel goed gedacht om slangen voor zuurstof en elektra in zijn woning aan te leggen.

We wensen jullie allen hele fijne Kerstdagen en een prachtig nieuw begin van 2018.

Namen zijn fictief.

Winterslaap of Winterklaas Pientere Peuters

winterslaap en winterklaas

Winterslaap of winterklaasEr heerst vandaag een dromerige en tegelijkertijd gespannen sfeer. Kan dat eigenlijk wel?, vroeg ik mij na afloop af. Ja, dromerig omdat we ons in de wereld van de winterslaap waanden en ietwat gespannen, over de aanwezigheid van Sinterklaas. De popjes van Sint en Piet en het paard Amerigo, door Sara zo goed benoemd, werden in de tent gehaald. We bekeken wat platen van dieren die een winterslaap houden en Alexander begon spontaan met zijn vingers over de platen te krabbelen toen we op 1 van de platen een grote hoop lieveheersbeestjes zagen liggen.

‘Winterslaap is dat je lekker gaat slapen in de winter!’, zei Alexander. ‘Hans en Grietje gingen ook slapen in het bos’, zei Mila opgetogen met het boek in haar handen. ‘En toen kwam de heks’, vertelde ze verder. Gelukkig krijgen de dieren die een winterslaap houden geen bezoek van de heks. Kunnen ze lekker rustig doorslapen. Sara haar gezicht stond ernstig en ze zei, ‘ik vind heksen stom, ze moeten weg’. De anderen beaamden dat waarop we nog even verder keken naar de afbeeldingen van vleermuizen, beren en egels en het boek van Hans&Grietje.

Alexander had de lappen al zien liggen en ging bijna meteen aan de slag om zijn eigen winterslaap holletje te bouwen. ‘Ik kan er net niet bij juf’, zegt hij rustig. ‘Wat kun je dan doen?’, vraag ik hem. ‘Wil je me helpen juf’, vraagt hij dan. Ja, dat is inderdaad een goed idee, iemand om hulp vragen. ‘Misschien wil 1 van de andere kinderen je wel helpen’, opper ik. Hij kijkt wat vertwijfeld maar Sara en Mila staan eigenlijk al met doeken en dekens in de aanslag om hem een handje te helpen. Ze proberen het van alle kanten, beginnen erbij te springen en gooien dan de doeken over de stoelen die er dan toch langzaam aan weer vanaf glijden. ‘Het lukt ons niet juf’, roept Alexander dan. ‘Ik denk dat onze armen tekort zijn’. Heerlijk dat hij zo’n conclusie trekt. Demonstratief gaat hij naast de stoel staan en laat zien dat zijn arm niet over de rugleuning de andere zijde kan aanraken. Daarop gaan Sara en Mila dat ook even meten. Gedrieën kijken ze me aan of ze willen zeggen, ‘nu heb je het zelf gezien, het lukt ons niet!’ Er ontstaan 3 holletjes maar de winterslaap wil nog niet echt komen. ‘Ik heb honger’, zegt Mila waarop ook Alexander en Sophia knikken.

Op tafel liggen een paar blaadjes waarop je kunt aangeven welke egel de eerste is, of de middelste of laatste. We oefenen wat en tellen daarbij ook weer waarna Sophia spontaan haar druiven begint te tellen. ‘Heb jij ook zoveel fruitjes mee juf?’, vraagt ze mij dan. ‘Nee, ik heb maar 1 appel’, zeg ik waarop zij spontaan begint te giechelen. ‘Ik heb er heel veel en jij hebt er heel weinig’, concludeert ze dan. Alexander bouwt met zijn banaan en bananenbak eerst een bergje en daarna een kruispunt!

We voelen na de pauze met onze handen in een zakje met kaartjes waarop beesten staan afgebeeld en waarbij een stukje stof of wol de huid of vacht van het dier moet voorstellen. Dus bijvoorbeeld een wollen vacht, of juist een gladde vissenhuid of een heerlijk zachte poezenvacht. Best lastig om alleen maar te voelen en te raden welk dier je vasthebt. De kinderen zijn gauw geneigd om hun ogen te gebruiken terwijl het echte voelen zo belangrijk is voor hun ontwikkeling. Het lukt ze toch om met veel aanmoediging goed te blijven voelen en de juiste dieren te benoemen. Mila vindt het element spel heel leuk en heeft nog zin om door te gaan terwijl Alexander en Sara het liefst weer in hun holletje willen verdwijnen. Gelukkig duurt dat maar een paar minuten en sluiten we af met het tekenen van een egeltje in zijn holletje van bladeren en zachte wollen draadjes. Er wordt flink getekend, geplakt en nog meer getekend om het helemaal af te maken voordat de mama’s hen weer komen halen.

Namen zijn fictief.

Weer, tornado’s en vallende eieren

het weer en tornado's

We hadden zaterdag een vol programma met allerlei proefjes die te maken hadden met het weer. Wind, tornado’s, wolken, en de regenboog. Je hebt windhozen, een briesje, stevige wind en lentewind. We kennen stortbuien, miezerregen of de regen komt met bakken uit de lucht. Donderwolken, schapenwolken en een dicht wolkendek. We hadden zoveel proefjes te doen, die soms iets meer tijd nodig hadden om helemaal goed uitgevoerd te worden, dat we ze niet allemaal hebben gedaan. Zo blijft er voor een volgende keer nog meer te ontdekken.
De kinderen kwamen nieuwsgierig de zaal binnen. Er stonden flessen en potten op tafel. Er lagen ballonnen en plastic zakjes. Later kwam daar heet water bij, dienbladen en een hoop doekjes. Het eerste groepje was klein en zodoende konden de kinderen ook goed bij elkaars proefjes kijken hoe het ging. Als eerste ontdekten we hoe het zit met warme en koude lucht en hoge en lage druk. Een fles met smalle hals vullen met een paar cm. heet water. De kinderen legden een gekookt, gepeld ei op de opening en bleven toen gebiologeerd naar het ei kijken want daar moest iets mee gebeuren vermoedden ze. Er werd geroepen dat ie gelanceerd zou worden maar Alicia had een vermoeden dat hij juist in de fles gezogen zou worden. Nu eerst nog koude natte doeken om de fles heen wikkelen. Demi en Alicia bleven rustig afwachten totdat Demi uitriep, ‘kijk, hij gaat naar binnen’. En ja hoor, het ei verdween in de opening. Bij Tijn en Titus duurde het iets langer maar bij hen zakte het ei ook naar beneden. Tijn en Titus sprongen beiden in de rondte. ‘Van overwinning’, riep Titus. Inmiddels hadden en Alicia en Demi de doeken weer verwijderd en prompt werd het ei weer langzaam omhoog geduwd. De grote vraag was natuurlijk, ‘wat gebeurt hier nu’. ‘De lucht wordt warm en groot denk ik’, zei Alicia. Ook Tijn kwam tot eenzelfde conclusie!

het weer en tornado's  het weer en tornado's
In de tweede groep lukte het de kinderen ook om het ei in de fles te laten verdwijnen. Johannes had de truc al eens gedaan of gezien maar dan met lucifers i.p.v. met een laagje heet water. Er waren meer kinderen die het proefje weleens gezien hadden maar zelf uitproberen is natuurlijk veel leuker. We gingen verder met de wind. Ilse vertelde van de alles vernietigende wervelstorm, Vivian vertelde over warme en koude lucht die in botsing komt boven zee en Nienke en Eva overlegden wat het verschil tussen een orkaan en tornado was. Er was veel interactie en overleg, ook over dingen die niets met het weer te maken hadden maar wel met Sinterklaas. Of er lootjes getrokken waren, of je je schoen mocht zetten en welke surprise je zou maken. Ook daar is ruimte voor tussen de bedrijven door. Het proefje met de draaistoel was als een wervelstorm om te voelen hoe je wordt rondgeslingerd. Allemaal 1 x anders kwamen we daar nooit meer van los. Ze hielden goed van elkaar in de gaten of iemand niet per ongeluk nog een keer ging. Daarna werd de stoel resoluut weg gezet. Een storm in een glas water deden we bij de gootsteen in het keukentje. Met z’n allen om de wasbak dringen en elkaar wat ruimte gunnen is soms best lastig als je er eigenlijk met je neus bovenop wilt zitten. Er ontstond een draaikolk in de fles die op de kop gehouden werd. Een kleine slinger aan de fles is al genoeg, ‘ja, want dan gaat het ronddraaien en in het midden is het stil, net als bij een orkaan’, wist Sjakie me te vertellen toen alle kinderen reeds weer in de zaal waren verdwenen. Hij vertelde het aan tafel nogmaals en de anderen knikten. ‘En aan de buitenrand stormt het dan heel hard’, vulde Eva aan.

het weer en tornado's het weer en tornado's
Wolken maken leek Sjakie onmogelijk, ook Johannes keek met ongelovige ogen naar me op. Toch lukte het de kinderen allemaal om in tweetallen de wolken in het glazen potje te laten ontstaan. Ook Tijn en Titus waren opgetogen toen de wolken uit hun potje omhoog vlogen. ‘Dat komt door de ijsklontjes op het deksel’, vertelde Ilse tussen neus en lippen door terwijl ze haar potje goed in de gaten hield. ‘Ja, en het hete water onderin het potje’, vulde Vivian aan. ‘Maar waar zou het spuitje haarlak dan voor zijn?’ vroeg Nienke zich af. In de tweede groep hadden de kinderen het ook druk met het verzamelen van de ijsklontjes na afloop van het proefje.
Ook ballonnen blijven een leuk en interessant speelobject. De kinderen wisten er van alles mee te doen en merkten ook op dat hij aan je kleding blijft plakken na wrijving of dat je haren rechtop gaan staan.

het weer en tornado's
Als laatste ontdekten we hoe de regenboog kan ontstaan. Iets met breken van het licht. Bij een prisma zie je dat ook en dat het licht dus uit kleuren bestaat. ‘Ja, en sommige zien we nog niet eens he’, vertelde Ilse. De kinderen maakten een tol waarop ze de kleuren van de regenboog in lichte tint schilderden. Dat is voor een aantal al een hele klus, kijken en namaken. Zo konden we wel testen of het echt belangrijk was dat de kleuren in de ‘juiste’ volgorde op het tolletjes stonden. Conclusie was van niet als ze er maar op staan. Wanneer je de tol snel laat ronddraaien zie je witte vlekken op het oppervlak verschijnen, daar ‘verdwijnen’ de kleuren een beetje. Sommige kinderen vonden het lastig om te zien maar bij doorvragen dachten ze dat de hele tol wit zou worden. Al met al een kleurrijke en dynamische bijeenkomst.

Namen zijn fictief

Sinterklaas en de draaimolen

Sinterklaas en de draaimolen

Zou Sinterklaas van de draaimolen houden, of zwarte Piet? Alexander had vorige week een verzoek. Of ik de draaimolen nog had en of hij er volgende keer dan mee mocht spelen? Sinterklaas en Piet keken er wel naar maar stapten niet op. Dat deden de kriebelbeestjes wel. Met z’n drieën tegelijk werden ze op het plateau gelegd. Het plateau met popjes kun je ronddraaien tot bovenin en wanneer je ‘m loslaat draaien ze heel hard in de rondte en dan weer terug, weer heen enz. Voor de kinderen blijft het een mooi tafereel en een fascinerende beweging om te blijven volgen. Sinterklaas lag er verlaten bij toen halverwege de ochtend de draaimolen voor de zoveelste keer  in beweging werd gezet.

Vandaag was het de laatste dag voor Louise, ze gaat naar de kleuterschool en daar heeft ze heel veel zin in. Haar ogen begonnen te glimmen toen ik haar ernaar vroeg. ‘En straks komt mama om jou ook gedag te zeggen’, vertelde ze me. We speelden samen Sint domino. Gooien met de dobbelsteen, een lekkere grote van rubber en dan goed tellen en de cijfers lezen. Sommigen weten het al helemaal en sommigen worden door de anderen geholpen. Zonder vragen, vragende gezichten o.i.d. helpen ze elkaar door het spel heen. Af en toe helpt juf met het goed leggen van de kaartjes want de kinderen rollen nog wel eens van hun poefje af zomaar over de kaartjes heen!

De kriebelbeestjes, die je goed naar achteren moet trekken waarna ze zelf door de zaal racen, waren een verzoek van Louise die deze keer ook mocht kiezen wat we zouden gaan maken. Ze koos voor bijenwas. Heerlijk materiaal voor de kleine handjes. Het kan best even stijf zijn maar wanneer je het in je houden houdt, het stevig tussen de handpalmen ronddraait krijg je vanzelf warme handen en wordt de was heerlijk zacht. Rollen, duwen, trekken en weer in elkaar duwen. Voordat hun eigen kriebelbeestjes, visje en bloempjes tevoorschijn kwamen werd er flink geëxperimenteerd met de bijenwas. Louise merkte op dat wanneer ze het uit elkaar trok de kleur bijna verdween. Mila vroeg of ik haar wilde helpen maar kon het eigenlijk best zelf heel goed. Alexander besloot na vele mogelijkheden dat hij een visje gemaakt had. De wangen kleurden weer rood en de kinderen kropen nogmaals achter elkaar door de tunnel. De afwisseling van bewegen, een spel of iets creatiefs aan tafel doen en dan weer bewegen gaat zo de hele ochtend door. 

Aan tafel tijdens de pauze komen er vaak leuke gesprekjes op gang. ‘Wanneer ben je jarig?’, vraag ik Alexander. ‘Op mijn verjaardag’, antwoordt hij. ‘En weet je, mijn banaan zit nog in de kast’, vertelt hij verder waarna hij de banaan uit de kast (doosje) haalt en deze begint uit te kleden. Hij heeft een hard stukje in zijn mond dat hij met zijn lippen van zijn tong probeert te halen maar dat lukt steeds maar niet. Ineens zitten we allemaal met een stukje fruit op onze tong en proberen dit zonder handen uit onze mond te krijgen. Mila spuugt heel voorzichtig een stukje wortel voor zich op tafel. ‘Ik heb niet mijn handen gebruikt’, roept ze triomfantelijk!

Wanneer de kinderen hun spullen weer in hun tas doen merkt Mila op dat zij wel hetzelfde bakje als Louise heeft maar dat ze een ander plaatje op de deksel heeft. Ze loopt ineens naar het tentje met de lichtjes en kijkt de laatste lichtjes na. Ik vraag me af wat ze doet en dan gaat mij een lichtje op. In 1 van de lichtjes zit een knikker en die zouden we er de volgende keer uit halen. Die volgende keer was vandaag! En voordat we echt van tafel gaan wordt er nog even gerijmd.

“Sinterklaas heeft een paard met een staart en die lust heel graag appeltaart. Dan kijkt Sint op de kaart en trekt zachtjes aan zijn baard.”

namen zijn fictief.

Fossielen en vulkanen Knappe Koppies

fossielen en vulkanen

Fossielen en vulkanen

Er werd deze bijeenkomst hard gewerkt door de kinderen. Vol overgave stortten zij zich in de vulkanen en fossielen. Gesprekjes kwamen ook op dinosauriërs, meteorieten, en het ontstaan van eilanden. Julian vertelde dat Nieuw-Zeeland is ontstaan door vulkanen die zijn uitgebarsten. Of beide eilanden zo in hun geheel zijn ontstaan hebben we niet opgezocht maar dat daar ook vulkanen zijn weten we inmiddels wel. We ontdekten ook dat fossielen door de werking van vulkanen weer boven komen en wij ze kunnen vinden. Er hing bij beide bijeenkomsten een fijne, ongedwongen sfeer die de kinderen allemaal zichtbaar goed deed.

We begonnen met fossielen, wat zijn dat en hoe komt het dat ze fossiel zijn geworden. De kinderen filosofeerden en bekeken samen de meegebrachte fossielen. Sommigen hadden haaientanden mee, versteende schelpen of een ‘arm’ van een uitgestorven octopus. Maar er was ook een fossiel van een afdruk van een schelp. ‘Is dat dan ook een fossiel juf, of alleen maar een afdruk van een oude schelp’, vroeg Demi zich af. Daarna mochten de kinderen hun eigen fossiel maken. Uiteraard niet echt zoals Elsa opperde. Nee we gaan het proberen na te doen. We drukten een voorwerp, bijvoorbeeld een schelp, speelgoeddino of steen in de klei, haalde deze er weer uit en goten in de ontstane holte vloeibare gips. Er ontstond enige verwarring over wat nu het fossiele gedeelte zou worden. Bas en Elsa dachten even dat zij de kleiafdruk mee zouden nemen. We bekeken de verschillende fossielen nog eens goed en kwamen zo tot de conclusie dat we een versteende fossiel zouden maken. Het voorwerp dat zij nu in de klei drukten bleef daar, bij een echt fossiel, miljoenen jaren liggen en versteende zodoende bedolven onder stof, klei en slib. Wij haalden het er echter meteen uit en goten het vol met gips. Dit hardde langzaamaan uit en aan het eind van de bijeenkomst konden de kinderen de klei er voorzichtig afpellen en zodoende hun fossiel bloot leggen. Dit was een spannend moment want fossielen kunnen heel kwetsbaar zijn wisten Petra en Ilse beiden te vertellen. En echte fossiele breken ook weleens en daar kunnen de onderzoekers dan best weleens voor op hun kop krijgen meende Ilse.

In de eerste groep kwam Fay weer enthousiast meedoen, zij had een kennisquiz mee die tijdens de pauze ook even gespeeld werd. Na de pauze, terwijl de fossielen lagen te drogen, werd de klei door Thomas stevig bewerkt. Hij liet vandaag letterlijk en figuurlijk meer van zich horen. Demi en Alicia hadden elkaar gemist en zochten elkaar bij de samenwerking op. Ze vulden elkaar mooi aan bij het bekleden van het flesje die de vulkaankrater voorstelde. Elsa wil graag dingen vertellen en gaat vaak sneller dan de rest. Haar tand ‘viel’ er tijdens de pauze uit en ze vertelt aan tafel dat ze heel blij is dat ze nog eens 5 keer bij knappe koppies mag komen. Julian en zij vulden elkaar aan tijdens het creëren van de vulkaan. Julian gaat in een rustiger tempo, overdenkt, bespreekt en bouwt dan gestaag verder.

Ondanks dat Tijn later instroomde viel hij gelukkig meteen met zijn neus in het gips. Hij kon gelijk de handen uit de mouwen steken wat hem goed afging. Toen iedereen klaar was met het boetseren van hun vulkaan konden we deze 1 voor 1 laten ‘uitbarsten’. Eerst een paar druppels zeep in de krater, wat bakpoeder erbij en wanneer iedereen vol aandacht was lieten we 1 voor 1 de vulkanen uitbarsten. Een flinke scheut azijn erin en soms nog voordat de trechter kon worden weggehaald schuimde de vulkaan door de trechter omhoog. De kinderen joelden van plezier dat alle vulkanen het zo goed deden. Sommige bleven maar door stromen zoals echte vulkanen ook kunnen doen. Maar dit is natuurlijk niet echt’, vertelde Vivian na de uitbarsting. Nee, we proberen het na te spelen om zo te kunnen zien wat er gebeurt. Bij een echte vulkaan spuit er gloeiendheet gesmolten gesteente naar buiten. Hier ontstaat er tussen het bakpoeder en het azijn een chemische reactie waardoor er koolzuurgas ontstaat en dat wil naar boven.

Bas en Sjakie hadden beiden een mooi kistje met fossielen, schelpen en stenen meegenomen. De jongens werkten samen met het maken van de vulkaan. Terwijl Sjakie stukjes klei aanreikte plakte Bas de vulkaan nauwkeurig vol met klei. Sjakie vond het spannend en leuk tegelijk om de uitbarsting te laten ontstaan en sprong af en toe op van zijn stoel. Bas is helder, oplettend, observeert en keek goed naar de schelpen welk een mooi reliëf zou achterlaten in de klei bij het fossiel maken.

Nienke en Eva vonden elkaar bij het maken van de vulkaan nadat ze elkaar tijdens het maken van de fossielen ook hadden bijgestaan. Aan tafel werd erover en weer gevraagd wie er nieuw was en of al vaker bij knappe koppies was geweest. Petra en Ilse waren allebei nieuw. ‘Nou, ik ben niet echt nieuw hoor’, opperde Ilse. Vivian verduidelijkte, ‘ja, ik snap dat je niet echt nieuw, nieuw bent maar je bent hier wel nieuw, voor de eerste keer’. Ilse en Petra knikten en werkten samen verder aan hun vulkaan. Terwijl Mirjam Vivian hielp met het maken van de vulkaan vroeg zij mij wanneer we ze zouden gaan laten uitbarsten. En ook bij deze tweede groep barstten de vulkanen schuimend uit en liepen een aantal nog lange tijd na. Vlak voor tijd konden de kinderen hun eigen gemaakte fossielen langzaam ‘uitgraven’ uit de klei en vol trots mee naar huis nemen.

namen zijn fictief.

Feestmaand en Sinterklaas in aantocht Pientere Peuters

sinterklaas in aantocht

We genoten nog even na van Sint Maarten met een paar liedjes en zongen toen moeiteloos door met de eerste Sinterklaasliedjes. Sommige kinderen wisten er 1 en een enkeling moest nog even flink nadenken maar ze kenden allemaal nog Sinterklaas kapoentje! Daarna zongen we ook nog. Zie ginds komt de stoomboot… waarbij Alexander geconcentreerd zat te luisteren en zijn grote zus met ons meezong. Zijn kleine zusje was er ook en zij had voor zichzelf een fijn zitpoefje geregeld. Ook Mila was er vandaag weer bij. Sinterklaas werd vandaag verder nog een beetje vergeten en lag stilletjes naast zijn paard op het seizoentafeltje.

De kinderen wilden heel graag nog een keer lezen over de spin die het veel te druk had met het weven van haar web. Er werd spontaan mee gesproken bij de laatste zinnen omdat deze iedere pagina weer terugkomen. Daarna begonnen we met het weven van ons eigen web. We spanden met een mooie roze draad een heel groot web door de zaal en probeerden daarna de draad helemaal te volgen. Dat was best een heel karwei. Onder stoelen door, langs de krukken, tussen de tafelpoten door en goed kijken bij de kruisingen welke richting het draadje opgaat. Soms was het ook lastig om te zien waar het draadje nu naar toe ging en werd er samen overlegt. Louise en Alexander volgden meerder keren het hele ‘parcours’ van het web terwijl Mila en Sara af en toe af stapten om toe te kijken.

In de pauze vertelde Louise met een uitgestreken gezicht dat ze een blote banaan had. Juf was niet helemaal wakker en vroeg zich 1 seconde af wat ze toch bedoelde waarna Louise met een brede grijns haar ontvelde banaan toonde. ‘Dan heb ik zeker nog een aangeklede banaan?’, vroeg ik. ‘Maar dat duurt niet lang meer juf als je ‘m zo gaat opeten’, gaf Alexander aan. Ineens waren er nog meer stukken fruit wel of niet aangekleed waarna er ook weer moeiteloos werd overgegaan op rijmen. Ook dit gaat iedere pauze bijna als vanzelf. Er wordt hard geoefend door Mila en Sara die nog wat stoeien met de woorden terwijl Louise en Alexander er lustig op los rijmelarijen.

Alexander had vorige week gevraagd wanneer we weer eens zouden schilderen. ‘Ik houd zo van de kleuren juf’, vertelde hij me. ‘Van alle kleuren he, maar van rood toch het meest’, vertrouwde hij me toe. Eerst met wasco een reuze eiekenblad over ‘krassen’ zodat de nerven zichtbaar worden gekleurd, daarna lekker met water het papier helemaal nat maken. ‘O, maar dat is lekker, met water spetten’, riep Sara verrukt uit toen ze ontdekte dat je de spons helemaal kon uitknijpen. Juf kwam gauw aansnellen met een handdoek om niet helemaal een waterballet op de grond te krijgen. Daarna dan alle kleuren op het papier schilderen. Een orkest van uitroepen ontlokten de verschillende kleuren die tevoorschijn werden getoverd. Een licht oerwoud, donker oerwoud, hete zon, vrolijk gezicht etc. ze kwamen op allerlei ideeen wat de schildering voor zou kunnen stellen. En omdat de wasco bladeren nauwelijks meer zichtbaar waren besloten we om de bladeren op het papier te plakken. Wel een weekje geduld hebben om het kunstwerk mee naar huis te kunnen nemen!

Namen zijn fictief.

Sint Maarten Pientere Peuters

Sint Maarten Pientere Peuters

Sint Maarten

Ik zie Louise, nadat ik een verhaal over Sint Maarten heb verteld, met de popjes op het seizoentafeltje spelen en het verhaal naspelen. Het paard rijdt voorbij de bedelaar, Sint Maarten stapt af en neemt zijn, van sateprikkers gemaakte, zwaard uit zijn riem en snijdt zijn mantel doormidden. De kinderen hadden ademloos naar het verhaal geluisterd en lijken na afloop weer verder te gaan tot de orde van de dag. Maar nu kon ik het ook echt zien dat dat dus niet het geval is. Ze stak het piepkleine zwaardje weer terug in de riem van Sint Maarten en hij galoppeerde weer op zijn paard door de poort verder.

De kinderen bouwden een kasteel, verbouwden het en herbouwden het daarna nog een aantal keer. Deze ridder mocht er wel in, ook de bedelaar mocht naar binnen maar de prinses mocht wel even buiten wachten vond Sara. We oefenden een aantal Sint Maarten liedjes en de kinderen wilden heel graag weer een parcourtje lopen. Of liever gezegd klimmen. Alexander ‘verveelde’ zich en begon te springen waardoor hij mij op een idee bracht. Ik plakte met tape een grote paddenstoel op de vloer. ‘Wel met stippen’, zei Sara. De stippen werden ook geplakt waarna Alexander prompt al vanzelf van de ene stip naar de andere sprong. Daarbij telde hij hoeveel sprongen hij al gemaakt had. Of ik ook de nummers kon plakken vroeg hij mij. Ik plakte er lustig op los, het ene cijfer iets duidelijker dan de ander maar de kinderen konden de meeste lezen. Na de 11 was het even goed kijken en puzzelen. ‘1 en de 2 = 12 samen’, opperde Louise waarna de 13-14 en 15 ook vrij makkelijk te ‘lezen’ waren. Met z’n allen sprongen ze als kikkers achter elkaar aan over de stippen. Soms even inhalen en dan van de ander te horen krijgen dat dat toch echt niet mag. Bij 1 sprong je in de paddenstoel en bij 15 sprong je uit de paddenstoel. Sara stond het eerst vanaf de zijlijn te bekijken maar kon toch niet achterblijven en ook zij sprong als een kikker op alle stippen.

‘Nu heb ik wel hele honger gekregen’, zei Alexander waarop de anderen instemmend knikten. Tijdens de pauze zitten we aan tafel waar we later ook altijd de creatieve dingen doen. Er stonden nu al lege jampotjes op tafel en gekleurde papiertjes en lijm. Er lagen ook waxinelichtjes en de kinderen begrepen al snel dat we een windlichtje zouden maken. Ze vertelden over Sint Maarten lopen, dat je dan een lampion hebt met een lichtje erin en dat je langs de deuren gaat zingen en een snoepje krijgt. Het leek Alexander niet zo’n goed idee als hij met mijn lichtje, hij wees op het waxinelichtje, buiten zou lopen. ‘Die wordt meteen uitgeblazen door de wind’, vertelde hij.

Grappig en mooi tegelijk om te zien hoe de kinderen omgaan met het maken van een lichtje. Louise haar wangen kleuren zienderogen rood terwijl zij heel geconcentreerd haar plakkertjes op het potje plakt. Sara vergeet soms haar potje eerst in te lijmen en vraagt zich dan verbaasd af hoe het kan dat de papiertjes niet blijven plakken. Haar grote bruine ogen kijken mij dan wat verbaasd en verwijtend aan. Maar gelukkig helpen Louise en ook Alexander haar dan door te vragen of ze wel lijm heeft geplakt. ‘Oja, vergeten’. Alexander plakt wel overwogen zijn met zorg uitgekozen papiertjes op en zegt, wanneer hij klaar is, ‘zo, dat heb ik weer mooi gedaan!’ De kinderen lijmen nog even door en dan is het alweer tijd. Maar eerst moeten de windlichtjes nog getest worden in het tentje. Wel met neplichtjes nog, allemaal in het tentje, lichtjes erbij en een vreugdevol gejoel komt er uit de tent. Het is blijkbaar zeer goed gelukt!

Namen zijn fictief.